Verandering biedt kansen
Home / Nieuws / Aangescherpte informatieplicht voor de werkgever
Vanaf augustus 2022 geldt voor werkgevers een verdergaande informatieplicht aan hun medewerkers. Je was al verplicht om bepaalde zaken te melden, maar deze verplichting wordt nu dus uitgebreid.
Over de volgende essentiële zaken moet je je medewerkers binnen een week na indiensttreding informeren:
Betreft het onvoorspelbare arbeidsvoorwaarden, zoals bij oproepkrachten, dan moet de volgende informatie worden gegeven:
Over de volgende niet-essentiële zaken moet je je medewerker binnen één maand na indiensttreding informeren:
Indien je medewerker langer dan vier weken buiten Nederland werkzaam zal zijn, moet hij voor vertrek worden geïnformeerd over de duur, huisvesting, sociale zekerheid, geldsoort van betaling, eventuele vergoedingen en wijze van terugkeer.
Hierbij kan ook verwezen worden naar een eventueel toepasselijke cao of, als deze er niet is, naar boek 7 titel 10 van het Burgerlijk Wetboek, waarin het arbeidsrecht geregeld is, of naar de Wet arbeid en zorg, waar de verlofregelingen zijn terug te vinden.
De verplichte informatie kun je schriftelijk dan wel digitaal aan je medewerker aanbieden.
Als je als werkgever, ondanks een verzoek daartoe van je medewerker, niet binnen de wettelijke termijn de verplichte informatie aan je medewerker beschikbaar heeft gesteld, kan de medewerker dat alsnog via de rechter afdwingen. Als je niet of niet tijdig de verplichte informatie hebt verstrekt en de medewerker lijdt daardoor schade, dan ben je als werkgever verplicht deze schade te vergoeden.
Je medewerker krijgt het recht, nadat hij 26 weken bij jou in dienst is, je te verzoeken om meer voorspelbare en zekere arbeidsvoorwaarden. Je moet dan binnen een maand schriftelijk en gemotiveerd reageren op het verzoek.
Ben je een kleine werkgever met minder dan 10 medewerkers, dan geldt een reactietermijn van 3 maanden.
Reageer je niet (tijdig), dan wordt het verzoek van je medewerker geacht te zijn toegewezen.
Actueel
Wetsvoorstel nieuw box 3-stelsel ongewijzigd naar Tweede Kamer
Schade aan leaseauto onder werktijd: wie moet betalen?
Antwoord op vragen over schijnzelfstandigheid en handhaving
Deel dit bericht
Nog niet uitgelezen?
De staatssecretaris van Financiën heeft laten weten dat hij van plan is om het wetsvoorstel voor een nieuw box 3-stelsel ongewijzigd aan de Tweede Kamer aan te bieden. In december 2024 adviseerde de Raad van State nog om dit wetsvoorstel aan te passen. Eind 2024 werd nog bekend dat de invoering van een nieuw box […]
Als een van jouw medewerkers onder werktijd schade rijdt aan zijn leaseauto, krijgt hij het eigen risico vaak doorberekend. Maar let op: dat mag alleen in geval van opzet, bewuste roekeloosheid of nalatigheid. Volgens artikel 7:661 van het Burgerlijk Wetboek is een werknemer in principe niet aansprakelijk voor schade die hij tijdens zijn werkzaamheden veroorzaakt. […]
De Belastingdienst handhaaft sinds 1 januari 2025 weer volledig op schijnzelfstandigheid. Dit heeft onder zelfstandigen en opdrachtgevers geleid tot vragen over schijnzelfstandigheid en arbeidsrelaties. Het Ministerie van Financiën heeft de meest gestelde vragen nu verzameld in een overzicht. 1. Wanneer is sprake van schijnzelfstandigheid? Als organisaties een zzp’er inschakelen voor een opdracht die in loondienst […]
Het rendementspercentage 2026 box 3 is bekend: Het forfaitaire rendement voor de categorie ‘overige bezittingen’ stijgt naar verwachting van 5,88% in 2025 naar 5,99% in 2026. Daarnaast overweegt het kabinet een aanvullende verhoging naar 7,77%. De verhogingsmaatregel is mogelijk bedoeld om financiële tekorten door de vertraagde invoering van het nieuwe box 3-stelsel te compenseren. Het […]
Je betaalt geen bijtelling als je jaarlijks minder dan 500 kilometer privé rijdt met een auto van de zaak. Maar wist je dat je dan wel álle ritten moet bijhouden in je rittenregistratie en niet alleen je privékilometers? Wil je geen bijtelling hoeven te betalen, dan is het belangrijk om aan te kunnen tonen dat […]
© 2025 - Stolwijk Kennisnetwerk