Skip to main content
25 juni 2024

Scholingsbudget, wat doet dat voor de loonheffingen?

Een scholingsbudget is een afspraak tussen werkgever en medewerker die is vastgelegd in de cao of de arbeidsovereenkomst. De medewerker kan het scholingsbudget gebruiken voor een opleiding, cursus of studie die bijdraagt aan de loopbaan. Maar wat zijn fiscaal gezien de regels? En wat doen scholingsbudgetten bijvoorbeeld voor de loonheffingen?

In cao’s staan steeds vaker afspraken over scholingsbudgetten (ook wel loopbaanbudgetten, ontwikkelbudgetten of leerrekeningen genoemd). Doel van een scholingsbudget is om medewerkers te stimuleren zichzelf persoonlijk en vakinhoudelijk te ontwikkelen en zo hun positie op de arbeidsmarkt te versterken. Medewerkers mogen hun scholingsbudget alleen voor scholing gebruiken.

Scholingsbudget in de loonheffingen

Voorbeeld 1: Scholingsbudget in één keer toekennen

Een medewerker komt op 1 januari in dienst en heeft recht op een scholingsbudget van € 2.000. Een paar maanden later geeft de medewerker aan dat deze het bedrag wil besteden aan een cursus Excel van € 500. De werkgever gaat hiermee akkoord en betaalt de cursus vanuit het budget van de medewerker op 1 mei.

Wat zijn de gevolgen voor de loonheffingen?

Dat de medewerker recht heeft op een scholingsbudget, leidt niet tot loon, maar slechts tot een voorwaardelijk recht op loon op een toekomstig tijdstip. De medewerker geniet pas loon wanneer vanuit het budget een cursus, opleiding of studie wordt betaald. Voor de medewerker in dit voorbeeld is dat op 1 mei.

Als werkgever moet je beoordelen of hiervoor een gerichte vrijstelling geldt (artikel 31a, lid 1, onderdeel c of onderdeel d Wet LB).

  • Valt de scholing wél onder een gerichte vrijstelling? >> Dan ben je over de scholing géén loonheffingen verschuldigd.
  • Valt de scholing níet onder een gerichte vrijstelling? >> Dan is dit loon voor de werknemer. Je kunt er ook voor kiezen om dit aan te wijzen als eindheffingsloon. Er moet dan wel aan de gebruikelijkheidstoets zijn voldaan. Dit komt dan ten laste van de vrije ruimte. Bij overschrijding van de vrije ruimte ben je 80% eindheffing verschuldigd.

Voorbeeld 2: Scholingsbudget maandelijks opbouwen

De werkgever bouwt voor de werknemer maandelijks een scholingsbudget op. Dit budget bedraagt 3% van het bruto maandsalaris. De medewerker moet dit binnen 60 maanden besteden aan scholing. Gebruikt de medewerker het budget niet of niet helemaal binnen deze termijn, dan gaat het resterende budget terug naar de werkgever.

Wat zijn de gevolgen voor de loonheffingen?

De maandelijkse opbouw van het scholingsbudget leidt niet tot loon, maar slechts tot een voorwaardelijk recht op loon op een toekomstig tijdstip. De medewerker geniet pas loon op het moment dat vanuit het budget een cursus, opleiding of studie wordt betaald.

Als werkgever moet je beoordelen of hiervoor een gerichte vrijstelling geldt. Hiervoor geldt hetzelfde als bij voorbeeld 1 onder ‘Wat zijn de gevolgen voor de loonheffingen’.

Maximum opbouwtermijn en -bedrag?

Er geldt geen maximale opbouwtermijn voor een scholingsbudget. Ook geldt geen maximum voor de hoogte van het scholingsbudget. Je bepaalt zelf binnen welke termijn de medewerker het budget moet besteden. In cao’s zijn termijnen van 36 tot 60 maanden gebruikelijk.

Scholingsbudget niet in rubrieken ‘arbeidsvoorwaardenbedrag’

Het scholingsbudget vermeld je niet in de rubrieken ‘Opbouw arbeidsvoorwaardenbedrag’ en ‘Opname arbeidsvoorwaardenbedrag’.

Niet aftrekbaar in aangifte inkomstenbelasting

Gebruikt de medewerker het scholingsbudget voor een cursus, studie of opleiding, dan zijn deze kosten niet aftrekbaar in de aangifte inkomstenbelasting. De medewerker maakt bij inzet van het scholingsbudget namelijk zelf geen kosten.

Gerichte vrijstelling voor ex-medewerkers

Sinds 1 januari 2021 geldt de gerichte vrijstelling voor scholing ook voor ex-medewerkers die een studie volgen met het oog op het verwerven van inkomen. Dit geldt voor medewerkers die na afloop van de dienstbetrekking alsnog hun opgebouwde scholingsbudget inzetten voor een studie voor een toekomstig beroep of dienstbetrekking. Dit kan bijvoorbeeld ook als de medewerker zelfstandige is geworden of bij een andere werkgever werkt.

Meer weten?

Kijk voor meer informatie over de fiscale regelgeving voor scholingsbudget in paragraaf 22.1.4 Handboek Loonheffingen 2024 en de notitie ‘Scholingskosten in de loonheffingen’ en het Kennisgroep-standpunt ‘Opbouwtermijn van het scholingsbudget’ op de website van de Belastingdienst.

Bron: Salaris Vanmorgen, Forum Salaris

Terug

Nog niet uitgelezen?