Skip to main content
23 december 2024

Hoge Raad vult werkelijke rendement onroerende zaken in box 3 verder in

Ondanks eerdere aanwijzingen leefden in de praktijk nog vragen over de invulling van het werkelijke rendement. Bijvoorbeeld als het gaat om onroerend goed. De Hoge Raad heeft specifiek daarover op 20 december 2024 verdere aanwijzingen gegeven; gericht op het berekenen van het werkelijke rendement van onroerende zaken in box 3 vanaf 2017.

Op 6 juni 2024 oordeelde de Hoge Raad dat je in box 3 het – door de Hoge Raad gedefinieerde – werkelijke rendement in aanmerking mag nemen als dit lager is dan het wettelijke forfaitaire rendement. De Hoge Raad gaf daarbij maar ook in latere arresten aanwijzingen hoe je dit werkelijke rendement moet berekenen.

Zo bereken je het werkelijke rendement

Kort samengevat komen de aanwijzingen van de Hoge Raad voor het werkelijke rendement hierop neer:

  • Het gaat om het werkelijk gerealiseerde én ongerealiseerde rendement op je hele vermogen in box 3 zonder aftrek van het heffingsvrije vermogen
  • Het gaat om het nominale rendement (je mag geen rekening houden met inflatie)
  • Aftrek van kosten is niet mogelijk
  • Alleen rente van schulden in box 3 is aftrekbaar
  • Bepaling van het werkelijke rendement van een woning vindt plaats op basis van de WOZ-waarde aan het begin en aan het einde van een jaar

Nieuwe aanwijzingen onroerende zaken

Desondanks bleven er vragen over de berekening van het werkelijke rendement van onroerende zaken in box 3. Daarop heeft de Hoge Raad nu gereageerd met verdere aanwijzingen.

WOZ-waarde van het jaar en volgende jaar

Het was dus al bekend dat je voor de (ongerealiseerde) waardeverandering van woningen die in box 3 vallen, zoals vakantiewoningen, moet uitgaan van de WOZ-waarde aan het begin en aan het einde van het jaar. De Hoge Raad heeft nu verder aangevuld dat het hierbij gaat om de WOZ-waarde van het jaar zelf en van het volgende jaar. Voor de box 3-heffing voor 2024 moet je dus uitgaan van het verschil tussen de WOZ-waarden van 2024 en 2025.

Rendement bij verkoop woning

Koop of verkoop je een woning in de loop van het jaar? Dan verdeel je de op basis van de WOZ-waarden berekende waardeverandering tijdsevenredig met de koper/verkoper, aldus de Hoge Raad. Verkoop je bijvoorbeeld per 1 juli 2024 een woning en bedraagt het verschil tussen de WOZ-waarde 2024 en 2025 € 40.000, dan is de gerealiseerde waardestijging voor jou € 20.000 en de ongerealiseerde waardestijging voor de koper € 20.000.

Let op! Door een verschil tussen de verkoopprijs en de WOZ-waarde van de woning, kan je totale vermogen in box 3 toe- of afnemen. De Hoge Raad geeft aan dat je dit verschil niet kunt aanmerken als werkelijk rendement in box 3.

Verbetering en uitbreiding onroerende zaken

De Hoge Raad heeft eerder al bepaald dat je bij het berekenen van het werkelijke rendement geen rekening mag houden met aftrek van kosten. Nu voegt de Hoge Raad hieraan toe dat een waardestijging van een onroerende zaak door kosten voor verbetering of uitbreiding niet meetelt als werkelijke rendement.

Let op! Het vaststellen van verbetering, uitbreiding of onderhoud aan een onroerende zaak is ingewikkeld. Je moet hiervoor de eerdere rechtspraak van de Hoge Raad volgen. Om de waardestijging van woningen in zulke gevallen buiten beschouwing te laten, heb je bovendien een andere dan reguliere WOZ-beschikking nodig.

Geen voordeel wegens eigen gebruik

Verder heeft de Hoge Raad aangegeven dat het voordeel van eigen gebruik van een onroerende zaak in box 3 voor het werkelijke rendement 0 bedraagt. Je hoeft hiervoor dus niets mee te rekenen.

Box 3-stelsel vanaf 2028

De wijze waarop de Hoge Raad het werkelijke rendement invult onder het huidige box 3-stelsel staat overigens los van het nieuwe box 3-stelsel. De wetgever kan daaraan te zijnder tijd een andere invulling geven.

Bron: SRA

Terug

Nog niet uitgelezen?