Skip to main content
18 april 2024

Status wetsvoorstel box 3 en aankomende box 3-arresten

Staatssecretaris Van Rij informeerde onlangs de Tweede Kamer met een Kamerbrief over onder meer het toekomstige box 3-stelsel en de voorbereidingen op de aankomende box 3-arresten van de Hoge Raad. Meer over de status van het wetsvoorstel box 3.

In de Kamerbrief gaat de staatssecretaris in op:

  1. Een nadere aanpassing in het wetsvoorstel
  2. Hoe inkomsten uit onroerende zaken in het wetsvoorstel worden belast
  3. Voorlopige uitkomsten van de uitvoeringstoets van de Belastingdienst voor het wetsvoorstel
  4. Voorbereidingen op de aankomende box 3-arresten van de Hoge Raad

1. Aanpassing wetsvoorstel Wet werkelijk rendement box 3

Uit een (extern getoetste) staatssteunanalyse blijkt dat een uitzonderingsbehandeling voor vermogensaanwasbelasting voor aandelen in familiebedrijven kan leiden tot onrechtmatige staatssteun. Daarom is deze afwijkende behandeling uit het wetsvoorstel gehaald. Dit betekent dat in het wetsvoorstel deze aandelen niet volgens de uitzondering van de vermogenswinstbelasting, maar volgens de hoofdregel van de vermogensaanwasbelasting worden belast.

Let op! Uitzondering onroerende zaken en aandelen startups

Voor aandelen in familiebedrijven geldt straks toch geen uitzondering van de vermogenswinstbelasting. Voor onroerende zaken en aandelen in startups blijft die uitzondering wél bestaan.

In een van de beslisnota’s bij de Kamerbrief (reguliere nota box 3, d.d. 18-03-2024, no 2024-0000213237) is opgenomen, dat bij de vormgeving van het inkomensbegrip in het wetsvoorstel de totaalwinstgedachte niet meer als basis wordt gebruikt. Dit omdat dat veel uitzonderingen op deze gedachte zijn gemaakt. De totaalwinstgedachte en het goedkoopmansgebruik worden in het wetsvoorstel daarom vervangen door concrete regels voor het inkomensbegrip voor box 3. Dit verandert beleidsmatig overigens niets.

2. Toelichting belasten (eigen gebruik) onroerende zaken

In het wetsvoorstel Wet werkelijk rendement box 3 geldt voor alle onroerende zaken in box 3 de vermogenswinstbelasting. Hierbij zijn drie componenten te onderscheiden:

  • Reguliere voordelen (zoals huur, pacht, maar ook voordeel van eigen gebruik)
  • Vervreemdingsvoordelen
  • Kosten

Voor het voordeel van het eigen gebruik van een onroerende zaak komt een forfait vergelijkbaar met het eigenwoningforfait in box 1. De hoogte van dit forfait is nog onbekend, maar zal mede worden vastgesteld op basis van empirisch onderzoek naar de hoogte en spreiding van rendementen van verhuurde woningen. Ook dragen extern juridisch advies en burgeronderzoek bij.

Let op! Eigen woning box 1

De Kamerbrief benadrukt nogmaals dat in het wetsvoorstel de eigen woning in box 1 niet in box 3 wordt belast. Deze blijft in box 1.

3. Voorlopige uitkomsten uitvoeringstoets Belastingdienst

Uit de voorlopige uitkomsten van de uitvoeringstoets van de Belastingdienst voor het wetsvoorstel Wet werkelijk rendement box 3 blijkt onder andere:

  • Het nieuwe stelsel zal naar verwachting (te) complex zijn voor ongeveer 1,6 miljoen belastingplichtigen, die bezittingen hebben waarvan geen gegevens vooraf ingevuld kunnen worden door de Belastingdienst.
  • De Belastingdienst verwacht voor het nieuwe stelsel – afhankelijk van het beoogde toezichtniveau – 650 tot ruim 800 meer fte nodig te hebben door de toenemende vraag naar dienstverlening en toezicht.
  • Het wetsvoorstel vraagt meer van de IV-systemen van de Belastingdienst dan in 2022 ingeschat. De verwachting is daarom dat het wetsvoorstel in de huidige vorm niet volledig in 2027 kan worden geïmplementeerd. Er wordt nog onderzocht wat de gevolgen zijn van een gefaseerde inwerkingtreding.

4. Voorbereidingen aankomende arresten Hoge Raad box 3

De Hoge Raad doet naar de verwachting uiterlijk eind augustus 2024 uitspraak in de twee zaken waarin A-G Wattel conclusie nam. De uitspraken in de vijf zaken waarin A-G Pauwels conclusie nam worden in augustus/september 2024 verwacht.

Voor het geval de arresten ten gunste van belastingplichtigen uitvallen, ontwikkelt de Belastingdienst nu een digitaal formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’. Dit vergemakkelijkt het uniform en geautomatiseerd registreren van het werkelijke rendement, indien nodig.

Let op! Mogelijk verdere vertraging

Implementatie van het digitale formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’ zal leiden tot verdere vertraging van de voorbereidingen en inwerkingtreding van de Wet werkelijk rendement box 3.

Aanhouden definitieve aanslag IB 2023

Voor de Belastingdienst is het opleggen van definitieve aanslagen IB 2023 on hold als daarin box 3-inkomen staat, dat uit meer bestaat dan alleen banktegoeden. Datzelfde geldt nu ook nog voor de IB 2021 en 2022. De belastingdienst legt de definitieve aanslag IB 2023 (net als die voor 2021 en 2022) pas op na meer duidelijkheid over de lopende box 3-cassatieprocedures.

Let op! Oplegging definitieve aanslag IB 2021 ivm verjaring

De staatssecretaris geeft aan dat de Belastingdienst van ongeveer 55.000 “on hold” aanslagen IB 2021 toch op korte termijn definitief moet opleggen in verband met de verjaringstermijn.

Meer weten over de status wetsvoorstel box 3?

Meer over box 3 en de status wetsvoorstel box 3 vind je ook in ons Box 3-actualiteitenoverzicht.

Bron: SRA

Terug

Nog niet uitgelezen?