Skip to main content
17 juli 2024

Salarisstrook: Antwoord op veel gestelde vragen van medewerkers

Hoe bereken ik het nettoloon? Waarom houd ik netto minder over dan mijn collega? Waarom betaal ik meer belasting over vakantiegeld? Veel gestelde vragen over salaris en de salarisstrook van medewerkers en hoe je ze als werkgever kunt beantwoorden.

Door Anita Prooij, Salarisadministrateur

1. Hoe bereken ik mijn nettoloon?

Om het nettoloon van iemand in loondienst te berekenen, begin je met het bruto maandsalaris. Extra bruto-betalingen, zoals bonussen, loon voor overwerkuren en vakantiegeld, kunnen dit brutoloon verhogen.

Op het brutosalaris breng je vervolgens in mindering:

  • De ‘aftrek voor alle heffingen’ (zoals pensioen- en ANW-premies, inhoudingen die je nu betaalt, maar waarover je pas belasting/premies verschuldigd bent als er bedragen worden uitgekeerd)

Deze inhoudingen verlagen het loon waarover je als medewerker sociale verzekeringspremies en belasting/premies volksverzekeringen betaalt.

Op het loon dat overblijft na de ‘aftrek voor alle heffingen breng je vervolgens in mindering:

  • Werknemersbijdragen voor de sociale verzekeringen (dit is vaak alleen het werknemersdeel van de gedifferentieerde WGA-premie; de overige sociale lasten voor bijvoorbeeld de Ziektewet en de Werkloosheidswet zijn doorgaans werkgeverslasten)
  • De op de salarisstrook vermelde loonheffing/premies volksverzekeringen (tabel of bijzonder tarief – deze belastingen zijn afhankelijk van het inkomen en worden berekend aan de hand van belastingschijven)

Daarna blijft het nettosalaris over. Het nettoloon is daarmee dus niets anders dan het bedrag dat overblijft na aftrek van belasting en premies en na verrekening van de onbelaste vergoedingen/inhoudingen.

2. Waarom houd ik netto minder over dan mijn collega?

Verschillende factoren kunnen ervoor zorgen dat twee personen met hetzelfde brutoloon verschillende nettolonen krijgen betaald:

Afhankelijk van andere inkomsten kan de totale jaarinkomst van een persoon in een hogere belastingschijf vallen dan die van een ander. Dit resulteert in een hoger belastingpercentage voor een deel van het inkomen.

De algemene heffingskorting en arbeidskorting zijn kortingen op de belasting die iemand moet betalen. Deze kortingen zijn inkomensafhankelijk en kunnen variëren afhankelijk van het totale inkomen en factoren zoals leeftijd.

Dragen medewerkers bij aan een pensioenfonds van jou als werkgever, dan houd je deze bijdragen vaak in op het brutoloon. De hoogte van de inhouding kan echter variëren afhankelijk van de pensioenregeling en van persoonlijke keuzes binnen een pensioenplan.

Medewerkers kunnen ook nog verschillen wat betreft overige inhoudingen voor bijvoorbeeld bijdragen voor een vakbond, premies voor aanvullende verzekeringen (zoals een arbeidsongeschiktheidsverzekering), of kosten voor bedrijfsfaciliteiten (zoals een fitnessabonnement via de werkgever).

Bied je jouw medewerkers een onbelaste reiskostenvergoeding, dan kan dit het netto-inkomen effectief verhogen. En bij verschil in aantal gereden kilometers tussen medewerkers ontstaat dan ook een verschil in hoogte van het nettoloon.

Elementen zoals de jonggehandicaptenkorting of ouderenkorting kunnen van toepassing zijn en beïnvloeden de hoogte van het nettoloon. En stel dat er vanwege schulden beslag is gelegd op het loon van een medewerker, dan zal dit ook invloed hebben op de hoogte van het nettoloon.

3. Waarom wordt er zoveel loonheffing ingehouden op vakantiegeld?

In Nederland is de loonheffing op vakantiegeld hoger, omdat het als bijzonder inkomen wordt belast, boven op het reguliere salaris. Daardoor kan het loon die maand in een hogere schijf met een hoger belastingtarief belanden.

De belasting van vakantiegeld wordt bovendien berekend met de tabel Bijzondere beloningen. Deze houdt geen rekening met reguliere inkomensniveaus en heffingskortingen. De Belastingdienst stelt de percentages voor de tabel Bijzondere beloningen jaarlijks vast. Welk tariefpercentage geldt is afhankelijk van het fiscaal inkomen van de medewerker in het voorgaande jaar.

Vakantiegeld leidt in eerste instantie tot een hoger belastingbedrag, maar eventueel te veel betaalde belasting krijgt een medewerker naderhand terug bij zijn jaarlijkse belastingaangifte.

Meer weten over loonheffingen? Je vindt alle details in het Handboek Loonheffingen 2024 van de Belastingdienst.

4. Als ik meerdere werkgevers heb, waar moet ik dan loonheffingskorting toepassen?

Een ander element op de salarisstrook is de loonheffingskorting, voornamelijk bestaande uit algemene heffingskorting en arbeidskorting. Wie meerdere werkgevers kan loonheffingskorting maar bij één van zijn werkgevers laten toepassen; doorgaans bij de werkgever waar iemand het meest verdient.

5. Ik kan brutoloon uitruilen, wat zijn de consequenties?

Onder de noemer van de cafetariaregeling kun je verschillende onderdelen van het brutoloon uitruilen voor andere vergoedingen of verstrekkingen. Dit kan belastingvoordeel opleveren, omdat je er:

  • Onbelast mee kunt vergoeden >> Een medewerker hoeft over deze onderdelen geen loonbelasting en premies te betalen
  • Belastbaar loon mee kunt verlagen >> Een medewerker hoeft dan over een kleiner deel van zijn inkomen belasting en sociale verzekeringspremies te betalen

Voorbeelden voor uitruiling zijn een fiets van de zaak, pensioenbijdrage, studiekosten, mobiele telefoon of laptop, extra vakantiedagen en een fitness-abonnement.

Let op!

Verlaag je het bruto (belastbaar) loon, dan kan dat invloed hebben op zaken als pensioenopbouw, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en werkloosheidsuitkeringen. Deze zijn namelijk vaak gericht op de hoogte van het brutoloon.

6. Wat betekent ‘SV-loon’ op mijn salarisstrook?

‘SV-loon’ staat voor ‘Sociale Verzekeringsloon’. Dit is het deel van het brutoloon waarover werknemerspremies voor sociale verzekeringen worden berekend. Het omvat verzekeringen zoals de WW (Werkloosheidswet), de WAO (Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering), de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) en de ZW (Ziektewet).

Het SV-loon kan verschillen van het brutoloon omdat sommige onderdelen van het loon (zoals een onkostenvergoeding) niet premieplichtig zijn. Het berekenen van het SV-loon is belangrijk omdat het de basis vormt voor de bijdrage aan het Nederlandse socialezekerheidsstelsel, die zowel medewerker als werkgever betalen.

7. Wat is het verschil tussen het ‘vakantiegeld’ en ‘reserveringen’ op mijn loonstrook?

Op een salarisstrook staan vaak aparte posten voor vakantiegeld en andere reserveringen. Het grootste verschil tussen beide zit hem in het doel van de reservering en de timing van uitbetaling.

Vakantiegeld is doorgaans 8% van het brutoloon. Een medewerker bouwt dit gedurende het jaar op en de meeste werkgevers betalen het uit in mei.

Reserveringen zijn bedoeld voor specifieke situaties waarin een werknemer niet kan werken, maar toch recht heeft op betaling. Daarbij kun je denken aan ziekte, doktersbezoek, zwangerschapsverlof en ander verlof. En sommige werkgevers reserveren ook voor eindejaarsuitkeringen of bonussen.

Meer weten over de salarisstrook?

Werkgeverslasten en alle andere onderdelen van de salarisstrook begrijpen maar ook goed kunnen uitleggen is belangrijk, zodat jij jouw medewerkers optimaal kunt helpen. Wil je meer weten over de loonstrook of specifieke onderdelen? Of misschien wil je hulp bij het geven van uitleg aan medewerkers? Bel of mail mij of een van mijn collega’s. We helpen je graag.

Anita Prooij
Salarisadministrateur
T +31 (0)316 740 115
E a.prooij@vitaconluteijn.nl

Terug

Nog niet uitgelezen?