Skip to main content
20 februari 2015

Pensioen in eigen beheer anno 2015, een hele uitdaging!

De eerste jaarrekeningen over 2014 zijn ondertussen gecontroleerd en vastgesteld door de aandeelhoudersvergadering. Een prima vingeroefening voor accountants om de complexe nieuwe regelgeving omtrent het pensioen in eigen beheer in de praktijk te brengen.

Bij deze uitwerking loop je tegen uiteenlopende aspecten vanuit verschillende vakgebieden aan. Denk hierbij aan de gewijzigde regelgeving omtrent de verslaglegging, de juridische beoordeling van de uitkeringstoets als gevolg van de flexwetgeving, alsmede de fiscale beoordeling door de belastingdienst in relatie tot de sanctie van een mogelijke afkoop van pensioen. De pensioenwetgeving brengt deze vakgebieden samen. Maar is deze cocktail in de praktijk nog werkbaar? Hieronder leest u een korte weergave van onze eerste ervaringen.

Verschillen fiscale en commerciële waardering

Aan zowel de fiscale waardering als de commerciële waardering is een woud aan regels verbonden. Een van de in het oog springende verschillen hierbij is de rekenrente welke voor de fiscale berekening nog steeds 4% dient te bedragen. De toepassing van deze regels komt in het kort er op neer dat de fiscale waardering leidt tot een aanzienlijk lagere voorziening dan de commerciële waardering. De lagere fiscale waardering zal een directe relatie met het beschikbare budget van de belastingdienst hebben.

Verplichte waardering tegen commerciële waardering

Nieuw voor verslagjaar 2014 is dat de RJ (Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving) voor schrijven dat het pensioen in eigen beheer voor de dga met ingang van verslagjaar 2014 gewaardeerd dient te worden tegen commerciële waarde. Dit in plaats van de tot nu toe toegestane, een veelal ook in de jaarrekeningen toegepaste, fiscale waardering.

Nu mogen de kleine rechtspersonen nog steeds blijven waarderen tegen fiscale grondslagen maar dan moet wel de hele jaarrekening op basis van fiscale grondslagen gewaardeerd worden. Dit laatste kan om meerdere redenen niet wenselijk zijn.

Welke gevolgen heeft deze verandering?

Over het algemeen betekent deze wijziging dat er in veel gevallen eind 2014 een aanzienlijk hogere pensioenvoorziening op de balans opgenomen dient te worden dan indien op basis van veelal toegepaste fiscale grondslagen zou worden gewaardeerd. Immers, de commerciële waardering zal hoger uitvallen dan de fiscale waardering.

Een hogere pensioenverplichting betekent vanzelf een lager eigen vermogen. Maar hoe moet deze dotatie worden verantwoord? De dotatie kan naar onze mening ten laste van het resultaat kan worden beperkt door de regelgeving omtrent de stelselwijziging toe te passen. Een deel van de dotatie kan hierbij via het eigen vermogen worden gecorrigeerd.

Welke voorziening moet worden aangehouden voor de uitkeringstoets?

Zoals bekend is eind 2012 de flexwetgeving ingevoerd. Dit houdt ten aanzien van de voorgenomen dividenduitkeringen onder meer in dat de bestuurder en de aandeelhouders een uitkeringstoets moeten uitvoeren. Deze toets bestaat onder meer uit een test of er voldoende vrije reserves zijn.
Hierbij dient de pensioenvoorziening gewaardeerd te worden op de hiervoor vermelde commerciële grondslagen.

Risico op afkoop van pensioen?

De belastingdienst hanteert verschillende grondslagen om te komen tot de waardering van het pensioen. De lage voorziening voor de bepaling van de winstbelasting. Een hoge voorziening berekend volgens een momenteel erg laag u-rendement. De hoge voorziening wordt gehanteerd voor de bepaling of u reeds pensioen heeft  genoten.

De belastingdienst redeneert als volgt: als het eigen vermogen, waarbij de pensioenvoorziening is berekend volgens het u-rendement, negatief is kan de belastingdienst stellen dat er sprake van afkoop van pensioen wanneer er toch dividend is uitgekeerd. Dit met alle gevolgen van dien!

Wat moet u doen?

Wees u bewust van de wijzigingen in de regelgeving en de mogelijkheden die deze bieden.
De wijzigingen kunnen van grote invloed zijn op zowel uw commerciële jaarrekening, de voorwaarden voor het te voeren dividendbeleid alsmede de beoordeling door de fiscus of er sprake is van afkoop van pensioen.

Wij hebben ons ondertussen de nieuwe regelgeving behoorlijk eigen gemaakt. Dit uiteraard in samenspraak de pensioenspecialist van het Stolwijk KennisNetwerk: mr. Suzan Besselink.
Indien u uw ervaringen met ons wilt delen nodig ik u hiertoe van harte uit.

Roeland Scheuter
r.scheuter@stolwijkkelderman.nl
0314-369 111

Terug

Nog niet uitgelezen?