Skip to main content
22 april 2023

Definitieve aanslagen en afhandeling bezwaarschriften box 3 on hold

De Belastingdienst schort het opleggen van definitieve aanslagen en afhandelen van bezwaarschriften box 3 op over de jaren 2017-2022 tot een nieuw arrest van de Hoge Raad. Dit geldt alleen voor aanslagen met box 3-inkomen dat bestaat uit meer dan alleen banktegoeden, zoals inkomsten uit aandelen of vastgoed.

Over de jaren 2017 tot en met 2022 berekent de Belastingdienst het box 3-inkomen volgens de forfaitaire spaarvariant zoals vastgelegd in de Wet rechtsherstel box 3. Deze wet is ingevoerd om uitvoering te geven aan het zogenoemde Kerstarrest. Op dit moment lopen er meerdere cassatieprocedures bij de Hoge Raad, waarin de vraag centraal staat of deze forfaitaire spaarvariant voldoende in lijn is met het Kerstarrest.

De uitkomst van de procedures kan van invloed zijn op de vaststelling van aanslagen met box 3-inkomen dat uit meer bestaat dan banktegoeden. En daarmee kan de uitkomst dus ook bepalend zijn voor de uitkomst van bezwaarprocedures tegen deze aanslagen. Door het aanslagen- en bezwaarschriftenproces tijdelijk on hold te zetten, voorkomt de Belastingdienst dat je nu een afwijzing krijgt en individueel gaat procederen maar dat na de arresten wat anders gaat gelden en procederen niet nodig was geweest. En aan je rechtspositie verandert niets.

Tijdelijke afspraken

In afwachting van de arresten van de Hoge Raad hebben de Belastingdienst en koepelorganisaties afspraken gemaakt over de behandeling van reeds ingediende bezwaarschriften. Ook zijn er afspraken over het voorkomen van bezwaarschriften tegen de nog op te leggen definitieve aanslagen inkomstenbelasting (IH) over de jaren 2021 en 2022.

Afhandeling bezwaarschriften

Na de arresten in lopende cassatieprocedures zal de Belastingdienst de al ingediende en eventueel nog in te dienen bezwaarschriften tegen definitieve aanslagen IH 2021 (en de voorgaande jaren tot en met 2017) afhandelen. Daarbij houdt ze rekening met de arresten.

Het tot die tijd opschorten van de bezwaarschriften heeft als gevolg dat je als belastingplichtige op dit moment geen uitspraak krijgt op je bezwaarschrift. Het betekent echter ook dat de Belastingdienst hiermee de beslistermijn van de Algemene wet bestuursrecht overschrijdt. Stel je om die reden de Belastingdienst in gebreke nog voordat de Hoge Raad arrest heeft gewezen, dan krijg je wel uitspraak op je bezwaarschrift. Daarbij is de Wet rechtsherstel box 3 het kader. Dit houdt in dat de Belastingdienst het bezwaarschrift in beginsel afwijst en je daartegen in beroep kunt gaan bij de fiscale rechter.

Voordeel van wachten op arresten

Naar verwachting zullen verreweg de meeste belanghebbenden de arresten van de Hoge Raad afwachten. De arresten kunnen immers veranderingen in hun voordeel opleveren en ze hoeven dan niet individueel te procederen. Ben je het na de arresten alsnog niet eens met de uiteindelijke uitspraak op je bezwaarschrift, dan kun je alsnog naar de fiscale rechter stappen.

Box 3-inkomen met meer dan banktegoeden

Voorlopige aanslagen IH 2021 en 2022 met box 3-inkomen dat uit meer bestaat dan banktegoeden zal de Belastingdienst al wel opleggen. Dit geldt zowel voor voorlopige aanslagen die leiden tot een teruggaaf als een nog te betalen bedrag. Daarmee voorkomt de Belastingdienst dat je langer op je geld moet wachten en dat je over een langere periode belastingrente in rekening krijgt gebracht. Ook voor deze voorlopige aanslagen is de Wet rechtsherstel box 3 het kader.

Dien je een verzoek in om herziening van of bezwaarschrift tegen een voorlopige aanslag IH 2021 en 2022 met box 3-inkomen van meer dan banktegoeden, dan schort de Belastingdienst deze ook op.

Terug

Nog niet uitgelezen?