Verandering biedt kansen
Home / Nieuws / Box 3 anno 2023 – Zo bereken je in 5 stappen je heffingsbedrag
Een nieuw stelsel voor vermogensbelasting laat nog op zich wachten. 2027 lijkt voor nu het streven. Tot die tijd hebben we te maken met een tussenregeling. We laten je zien hoe je, zolang de tussenregeling geldt, in vijf stappen de hoogte van je box 3-heffing berekent.
Tot 2027 wordt de box 3 heffing belast op basis van tijdelijk aangepaste wetgeving, die is gebaseerd op forfaitaire rendementen. Daar waar de Belastingdienst voorheen een forfaitair rendement veronderstelde op basis van de omvang van je vermogen, stelt ze dit rendement nu – met de tussenregeling – vast op basis van verschillende vermogenscategorieën (zie stap 1 hieronder).
Ook tijdens de tussenregeling blijft de Belastingdienst voor het bepalen van het belastbare inkomen uit box 3 werken met 1 januari als peildatum van het betreffende jaar. Voor de aangifte inkomstenbelasting 2023 is dus de omvang van je box 3-vermogen op 1 januari 2023 van belang.
Stel: Persoon X heeft een vermogen van € 250.000. € 150.000 betreffen bank- en spaartegoeden en € 100.000 betreffen diverse beleggingen.
De voorlopige rendementspercentages voor 2023 zijn:
Let op: De Belastingdienst stelt begin 2024 definitieve percentages vast. Betekent dit een verandering van de percentages ten opzichte van wat in je voorlopige aanslag is berekend, dan vindt een verrekening plaats met je definitieve aanslag, nadat je aangifte hebt gedaan.
Stap 1: Bereken het rendement op basis van de verschillende vermogenscategorieën
In dit geval is sprake van een rendement op bank- en spaartegoeden van 0,36% x € 150.000 = € 540. En een rendement op beleggingen van € 6,17% x € 100.000 = € 6.170. Het totale forfaitaire rendement bedraagt hier € 6.710.
Stap 2: Saldeer bezittingen met schulden
In het voorbeeld zijn geen schulden aanwezig. In dit geval bedraagt het vermogen € 250.000.
Stap 3: Grondslag sparen en beleggen (aftrek heffingsvrij vermogen)
Het heffingsvrij vermogen bedraagt in dit geval € 57.000. Er blijft dus € 193.000 als grondslag over.
Let op: In 2023 geldt een heffingsvrij vermogen van € 57.000 per persoon. Voor fiscale partners geldt dus een heffingsvrij vermogen van € 114.000.
Stap 4: Bereken de verhouding van vermogen na aftrek van heffingsvrij vermogen (stap 3) en vermogen minus eventuele schulden (stap 2)
€ 193.000/€ 250.000 = 77,20%
Stap 5: Bereken het fictieve rendement (stap 1 x stap 4) en laat daar het box 3-tarief (32% in 2023) op los
Het fictieve rendement bedraagt € 6.710 x 77,20% = € 5.180,12. De box 3 heffing bedraagt dan € 5.180,12 x 32% = € 1.657.
We horen je denken: Is het wellicht gunstig om rond de peildatum met vermogensbestanddelen te schuiven van hoog forfaitair rendement naar laag en vv? Het antwoord is nee. De Belastingdienst werkt namelijk met de zogenoemde arbitrageperiode:
Schuif je binnen de periode van 1 oktober tot en met 31 maart met vermogen binnen box 3, dan vallen deze handelingen onder de anti-peildatumregels en worden je tijdelijke omzettingen genegeerd. De Belastingdienst gaat voor de bepaling van je box 3-belasting dan uit van de oorspronkelijke waarde van je vermogen. Tenzij je kunt bewijzen dat er sprake is van zakelijk handelen.
De impact van de wijzigingen in het box 3-stelsel is groot. Meer weten over de achtergrond? Op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen? Dat kan via de pagina van onze Box 3 Helpdesk. Ontvang je liever persoonlijk advies van een van onze specialisten, dan staan die natuurlijk ook voor je klaar. Bel of mail gerust.
Actueel
Bedrijfsoverdracht bv: voorkom fiscale valkuilen bij aandelenoverdracht
Gebruikelijk loon dga: wat als collega-dga de ‘meestverdienende werknemer’ is?
Zelfstandig afschrijven op zonnepanelen of niet?
Deel dit bericht
Nog niet uitgelezen?
Wil je jouw bv overdragen aan een opvolger of verkopen? Dan is een goede voorbereiding cruciaal. Je krijgt te maken met belasting in box 2, mogelijke vrijstellingen en eventuele regels rond overdrachtsbelasting. Een verkeerde keuze kan geld kosten of de continuïteit van je bedrijf in gevaar brengen. Ontdek wat je moet regelen om de bedrijfsoverdracht […]
Als dga van een bv moet je jaarlijks een gebruikelijk loon uit je bv opnemen; een zakelijk salaris ontvangen. Een van de manieren om de hoogte van dat zakelijke salaris vast te stellen is om aan te sluiten op het loon van de meestverdienende werknemer. Maar wat als een collega met zijn gebruikelijk loon dga […]
Steeds meer ondernemers en organisaties investeren in zonnepanelen. Goed voor milieu én de energierekening. Maar mag je de kosten van zonnepanelen nou wel of niet zelfstandig afschrijven? Het antwoord hangt af van hoe de installatie wordt aangemerkt voor de belasting: als zelfstandig bedrijfsmiddel of als onderdeel van het gebouw. Dat zit zo. Wat zijn de […]
Wat verandert er in de aangifte loonheffingen wanneer een werknemer de AOW-leeftijd bereikt? Die vraag is relevant voor werkgevers die te maken hebben met werknemers die doorwerken na de AOW-gerechtigde leeftijd. Vanaf dat moment gelden er andere regels voor de verzekeringsindicaties én de inkomstenverhouding (IKV). Verzekeringsplicht wijzigt per AOW-leeftijd Een werknemer die op 15 juni […]
Bij de bedrijfsoverdracht van een IB-onderneming komt het een en ander kijken. Je moet keuzes maken over bijvoorbeeld nu of later belasting betalen, checken of er een desinvesteringsbijtelling is, nagaan wat je me vrijgekomen reserves wilt en kunt, enzovoort.. Een verkeerde keuze kan je geld kosten of je opvolger in een lastige positie brengen. Ontdek […]
© 2025 - Stolwijk Kennisnetwerk