Skip to main content
3 juni 2024

Salarisstrook: Antwoord op veel gestelde vragen van medewerkers

Hoe bereken ik het nettoloon? Waarom houd ik netto minder over dan mijn collega? Waarom betaal ik meer belasting over vakantiegeld? Veel gestelde vragen over salaris en de salarisstrook van medewerkers en hoe je ze als werkgever kunt beantwoorden.

1. Hoe bereken ik mijn nettoloon?

Om het nettoloon van iemand in loondienst te berekenen, begin je met het bruto maandsalaris. Van dit bedrag trek je eerst de loonbelasting en premies volksverzekeringen af. Deze belastingen zijn afhankelijk van het inkomen en worden berekend aan de hand van belastingschijven.  De bedragen vind je ook aangegeven op de salarisstrook.

Vervolgens trek je van het overgebleven bedrag de werknemersbijdragen voor de sociale verzekeringen en andere inhoudingen af. Je kunt daarbij denken aan premies voor de Zorgverzekeringswet (Zvw), pensioenbijdragen of vakbondskosten.

Het bedrag dat dan overblijft is het nettoloon; het bedrag dat je daadwerkelijk op de bankrekening van de medewerker stort.

2. Ik verdien hetzelfde brutoloon als mijn collega, maar waarom houd ik netto minder over?

Verschillende factoren kunnen ervoor zorgen dat twee personen met hetzelfde brutoloon verschillende nettolonen krijgen betaald:

Afhankelijk van andere inkomsten kan de totale jaarinkomst van een persoon in een hogere belastingschijf vallen dan die van een ander. Dit resulteert in een hoger belastingpercentage voor een deel van het inkomen.

De algemene heffingskorting en arbeidskorting zijn kortingen op de belasting die iemand moet betalen. Deze kortingen zijn inkomensafhankelijk en kunnen variëren afhankelijk van het totale inkomen en factoren zoals leeftijd.

Dragen medewerkers bij aan een pensioenfonds van jou als werkgever, dan houd je deze bijdragen vaak in op het brutoloon. De hoogte van de inhouding kan echter variëren afhankelijk van de pensioenregeling en van persoonlijke keuzes binnen een pensioenplan.

Medewerkers zijn verplicht een inkomensafhankelijke bijdrage te betalen voor de Zorgverzekeringswet. De hoogte van deze bijdrage kan verschillen, afhankelijk van inkomen en andere factoren.

Medewerkers kunnen ook nog verschillen wat betreft overige inhoudingen voor bijvoorbeeld bijdragen voor een vakbond, premies voor aanvullende verzekeringen (zoals een arbeidsongeschiktheidsverzekering), of kosten voor bedrijfsfaciliteiten (zoals een fitnessabonnement via de werkgever.

Bied je jouw medewerkers een onbelaste reiskostenvergoeding, dan kan dit het netto-inkomen effectief verhogen. En bij verschil in aantal gereden kilometers tussen medewerkers ontstaat dan ook een verschil in hoogte van het nettoloon.

Elementen zoals de jonggehandicaptenkorting of ouderenkorting kunnen van toepassing zijn en beïnvloeden de hoogte van het nettoloon. En stel dat er vanwege schulden beslag is gelegd op het loon van een medewerker, dan zal dit ook invloed hebben op de hoogte van het nettoloon.

3. Waarom wordt er zoveel loonheffing ingehouden op vakantiegeld?

In Nederland is de loonheffing op vakantiegeld hoger, omdat het als bijzonder inkomen wordt belast, boven op het reguliere salaris. Daardoor kan het loon die maand in een hogere schijf met een hoger belastingtarief belanden.

De belasting van vakantiegeld wordt bovendien berekend met de witte tabel voor bijzondere beloningen. Deze houdt geen rekening met reguliere inkomensniveaus en heffingskortingen. Hoewel dit in eerste instantie leidt tot een hoger belastingbedrag, krijg je eventueel te veel betaalde belasting naderhand terug bij de jaarlijkse belastingaangifte.

Meer weten over loonheffingen? Je vindt alle details in het Handboek Loonheffingen 2024 van de Belastingdienst.

4. Als ik meerdere werkgevers heb, waar moet ik dan loonheffingskorting toepassen?

Een ander element op de salarisstrook is de loonheffingskorting, voornamelijk bestaande uit algemene heffingskorting en arbeidskorting. Wie meerdere werkgevers heeft kan in principe loonheffingskorting bij meerdere werkgevers laten toepassen. Het is echter meestal financieel het meest voordelig om de loonheffingskorting toe te passen bij één werkgever en dan de werkgever waar iemand het meest verdient.

Bovendien loop je wanneer je bij meerdere werkgevers tegelijk de korting laat toepassen het risico te weinig belasting te betalen en dat je later moet bijbetalen.

5. Ik kan brutoloon uitruilen, wat zijn de consequenties?

Onder de noemer van de cafetariaregeling kun je verschillende onderdelen van het brutoloon uitruilen voor andere vergoedingen of verstrekkingen. Dit kan belastingvoordeel opleveren, omdat je er:

  • Onbelast mee kunt vergoeden >> Een medewerker hoeft over deze onderdelen geen loonbelasting en premies te betalen
  • Belastbaar loon mee kunt verlagen >> Een medewerker hoeft dan over een kleiner deel van zijn inkomen belasting en sociale verzekeringspremies te betalen

Voorbeelden voor uitruiling zijn een fiets van de zaak, pensioenbijdrage, studiekosten, mobiele telefoon of laptop, extra vakantiedagen en een fitnessabonnement.

Maar let op: Verlaag je het bruto (belastbaar) loon, dan kan dat invloed hebben op zaken als pensioenopbouw, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en werkloosheidsuitkeringen. Deze zijn namelijk vaak gericht op de hoogte van het brutoloon.

6. Wat betekent ‘SVW-loon’ op mijn salarisstrook?

‘SVW-loon’ staat voor ‘Sociale Verzekeringsloon’. Dit is het deel van het brutoloon waarover werknemerspremies voor sociale verzekeringen worden berekend. Het omvat verzekeringen zoals de WW (Werkloosheidswet), de WAO (Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering), de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) en de ZW (Ziektewet).

Het SVW-loon kan verschillen van het brutoloon omdat sommige onderdelen van het loon (zoals een onkostenvergoeding) niet premieplichtig zijn. Het berekenen van het SVW loon is belangrijk omdat het de basis vormt voor de bijdrage aan het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel, die zowel medewerker als werkgever betalen.

7. Wat is het verschil tussen ‘vakantiegeld’ en ‘reserveringen’ op een loonstrook?

Op een salarisstrook staan vaak aparte posten voor vakantiegeld en andere reserveringen. Het grootste verschil tussen beide zit hem in het doel van de reservering en de timing van uitbetaling:

  • Vakantiegeld is doorgaans 8% van het brutoloon. Een medewerker bouwt dit gedurende het jaar op en de meeste werkgevers betalen het uit in mei.
  • Reserveringen zijn bedoeld voor specifieke situaties waarin een werknemer niet kan werken, maar toch recht heeft op betaling. Daarbij kun je denken aan ziekte, doktersbezoek, zwangerschapsverlof en ander verlof. En sommige werkgevers reserveren ook voor eindejaarsuitkeringen of bonussen.

Meer weten over de salarisstrook?

Werkgeverslasten en alle andere onderdelen van de salarisstrook begrijpen maar ook goed kunnen uitleggen is belangrijk, zodat jij jouw medewerkers optimaal kunt helpen. Wil je meer weten over de loonstrook of specifieke onderdelen? Of misschien wil je hulp bij het geven van uitleg aan medewerkers? Bel of mail ons. We helpen je graag.

Terug

Nog niet uitgelezen?