Verandering biedt kansen
Home / Nieuws / Bedrijfsarts? Dit zijn de rechten en plichten van medewerkers
Als een medewerker zich ziekmeldt kun je als werkgever een bedrijfsarts inschakelen. Wat als de medewerker het daar niet mee eens is of de arts niet alles wil vertellen. Wat zijn de rechten en plichten? Antwoord op 8 veel gestelde vragen.
Een bedrijfsarts heeft een cruciale rol in het beoordelen van de arbeidsongeschiktheid en het eventuele begeleiden van re-integratie terug in het werk. Toch kan het inschakelen van een bedrijfsarts vragen of ongemak oproepen bij een medewerker.
Zo kan het gebeuren dat een zieke medewerker denkt:
Een bedrijfsarts is niet op de hand van een werkgever. Ja, als werkgever schakel jij de arts in en bekostig je dit, maar de bedrijfsarts beoordeelt de arbeidsongeschiktheid en re-integratiemogelijkheden van een medewerker geheel onafhankelijk. Hij dient daarbij zowel de werkgever als medewerker.
Hoewel je bij ziekte zowel een bedrijfsarts als arboarts kunt inschakelen, zijn er wel verschillen: Een bedrijfsarts is afgestudeerd in geneeskunde met een aanvullende studie van vier jaar en een specialisme ‘arbeid en gezondheid bedrijfsgeneeskunde’, aldus de Patiëntenfederatie Nederland. Arboartsen zijn basisartsen, zij hebben niet die specialisatie. Arboartsen mogen daarom alleen onder toezicht van een bedrijfsarts hetzelfde werk doen als bedrijfsartsen.
De wet is duidelijk: ja, een medewerker moet meewerken aan het proces van verzuimbegeleiding. Daaronder valt ook een bezoek aan de bedrijfsarts als je dit als werkgever vraagt. Het maakt niet uit of de medewerker nog maar kort ziek is. De redenering is namelijk dat een vroege beoordeling kan helpen om langdurige uitval te voorkomen. Is een medewerker door zijn ziekte fysiek niet in de gelegenheid om naar de bedrijfsarts toe te gaan, dan kan de bedrijfsarts de medewerker ook thuis bezoeken.
Weigert een zieke medewerker mee te werken aan zijn verzuimbegeleidingsproces, dan kun je als werkgever in het uiterste geval zijn loon opschorten. Je mag de loonbetaling uitstellen tot het moment dat de medewerker meewerkt aan zijn verzuimbegeleiding. Dan kan de bedrijfsarts immers pas vaststellen of de medewerker arbeidsongeschikt is en het loon dus moet worden door betaald.
Een bedrijfsarts wil een zo compleet mogelijk beeld krijgen van de situatie van een zieke medewerker, zowel fysiek als mentaal. De bedrijfsarts heeft daartoe inzage in arbeidsrelevante medische gegevens van de medewerker. En het is goed als een medewerker zo eerlijk en volledig mogelijk is over alles rond de arbeidsongeschiktheid. Denk aan medicijngebruik, behandelingen, en de precieze aard van klachten. Een medewerker hoeft echter zeker geen gedetailleerde informatie over privézaken te verstrekken.
De bedrijfsarts heeft een beroepsgeheim. Zonder toestemming van de zieke medewerker mag de arts geen medische gegevens delen met diens werkgever. De arts mag alleen vertellen of een behandeling volgt, in hoeverre de medewerker weer kan werken, of er aanpassingen op de werkplek nodig zijn en welke andere werkgerelateerde zaken er zijn.
Het kan dat een zieke medewerker en bedrijfsarts van mening verschillen over het herstel en de werkhervatting. De medewerker heeft dan recht op een second opinion van een andere bedrijfsarts. Hiervoor heeft de medewerker geen toestemming van jou nodig, maar hij moet je er wel van op de hoogte stellen. Valt ook de second opinion in het nadeel van de medewerker uit, dan kan die alleen nog met jou overleggen over een voor jullie beide acceptabele oplossing. Lukt dit niet, dan kan de medewerker een deskundigenoordeel aanvragen bij het UWV. Zo’n oordeel is niet bindend, maar weegt wel zwaar in eventuele vervolgstappen, zoals loonopschorting of een rechtszaak.
Een bedrijfsarts weigeren kan alleen in extreme gevallen, bijvoorbeeld als de medewerker twijfels heeft over de onafhankelijkheid van de arts of als er sprake is van een vertrouwensbreuk. Maar daarmee begint een lastig traject, want als werkgever heb je vaak afspraken met een specifieke arbodienst.
Bron: Intermediair
Actueel
Wetsvoorstel nieuw box 3-stelsel ongewijzigd naar Tweede Kamer
Schade aan leaseauto onder werktijd: wie moet betalen?
Antwoord op vragen over schijnzelfstandigheid en handhaving
Deel dit bericht
Nog niet uitgelezen?
De staatssecretaris van Financiën heeft laten weten dat hij van plan is om het wetsvoorstel voor een nieuw box 3-stelsel ongewijzigd aan de Tweede Kamer aan te bieden. In december 2024 adviseerde de Raad van State nog om dit wetsvoorstel aan te passen. Eind 2024 werd nog bekend dat de invoering van een nieuw box […]
Als een van jouw medewerkers onder werktijd schade rijdt aan zijn leaseauto, krijgt hij het eigen risico vaak doorberekend. Maar let op: dat mag alleen in geval van opzet, bewuste roekeloosheid of nalatigheid. Volgens artikel 7:661 van het Burgerlijk Wetboek is een werknemer in principe niet aansprakelijk voor schade die hij tijdens zijn werkzaamheden veroorzaakt. […]
De Belastingdienst handhaaft sinds 1 januari 2025 weer volledig op schijnzelfstandigheid. Dit heeft onder zelfstandigen en opdrachtgevers geleid tot vragen over schijnzelfstandigheid en arbeidsrelaties. Het Ministerie van Financiën heeft de meest gestelde vragen nu verzameld in een overzicht. 1. Wanneer is sprake van schijnzelfstandigheid? Als organisaties een zzp’er inschakelen voor een opdracht die in loondienst […]
Het rendementspercentage 2026 box 3 is bekend: Het forfaitaire rendement voor de categorie ‘overige bezittingen’ stijgt naar verwachting van 5,88% in 2025 naar 5,99% in 2026. Daarnaast overweegt het kabinet een aanvullende verhoging naar 7,77%. De verhogingsmaatregel is mogelijk bedoeld om financiële tekorten door de vertraagde invoering van het nieuwe box 3-stelsel te compenseren. Het […]
Je betaalt geen bijtelling als je jaarlijks minder dan 500 kilometer privé rijdt met een auto van de zaak. Maar wist je dat je dan wel álle ritten moet bijhouden in je rittenregistratie en niet alleen je privékilometers? Wil je geen bijtelling hoeven te betalen, dan is het belangrijk om aan te kunnen tonen dat […]
© 2025 - Stolwijk Kennisnetwerk